Gewoon even een kutdag

Gepubliceerd op 5 juni 2025 om 22:02

Ik dacht dat ik gewoon even een kutdag had. Bleek dat ik mezelf kwijt was.

Ken je dat moment dat je een foto van jezelf terugziet en denkt:
“Oei!”
Niet omdat je per ongeluk je ogen dicht had of net op je tong beet, maar gewoon omdat je… jezelf niet herkent.

Zo’n moment had ik dus.

En ja hoor, daar ging ik:
“Waarom zijn m’n wenkbrauwen boos terwijl ik dat niet ben?”
“Hoezo is het ene oog zo klein en de ander zo groot?”
“En die knot? Jezus Danique, sinds doe je niets meer aan je haar?”

Maar goed, ik dacht: misschien gewoon een slechte dag.

Alleen: ik had al weken ‘een slechte dag’.

En toen ik de zoveelste keer weer in de spiegel keek en niks meer voelde behalve ‘meh’, dacht ik: misschien ben ik niet gewoon moe. Misschien ben ik mezelf onderweg ergens kwijtgeraakt. 

En dus… systeemtherapie.

Want eerlijk: ik heb me zó vaak aangepast aan anderen, dat ik op een gegeven moment niet meer wist welke versie van mezelf nou de echte was.
De gezellige? De stille? De zorgzame? De nuchtere? De grappige? De boze?
Of gewoon allemaal? Afhankelijk van wie tegenover me stond.

En dat is dus waar systeemtherapie in beeld komt. Geen zweverige klankschalen of handoplegging, maar een therapievorm waarbij je kijkt naar het systeem waar je deel van uitmaakt. Je gezin van herkomst, je relaties, je werk, vriendschappen: de boel waar je in leeft en waar je (vaak onbewust) op reageert.

Spoiler: heel veel gedrag dat je nu vertoont, is ooit begonnen als overlevingsmechanisme.
Pleasen, terugtrekken, alles dragen, grapjes maken, mensen wegduwen…
Die dingen zijn ooit ontstaan omdat je moest. Alleen zit je nu 20 of 30 of 40 jaar later nog steeds in die stand, terwijl het systeem allang veranderd is. Of dat i.i.g. zou moeten.

Terug naar de spiegel

Ik zie nu een vrouw die zichzelf zó vaak heeft aangepast dat er geen standaardversie meer over is.
En nee, dat is geen zelfmedelijden. Dat is gewoon een constatering.
Mijn reflexen zijn getraind op ‘relaties sussen’, ‘anderen blij houden’ en ‘niet tot last zijn’.
Maar die reflexen helpen me nu dus niet meer. Ze putten me uit.

Systeemtherapie is voor mij dus niet: “praten over familie” of “de schuld ergens neerleggen”.
Het is: begrijpen waar ik vandaan kom, zodat ik zelf weer kan kiezen waar ik naartoe wil.

Maar goed. Terug naar die foto.

Ik zag dus alleen maar alles wat niet klopte.
M’n partner keek mee en zei:
“Maar je ziet er gewoon uit als jij. Gewoon… echt.”

Ik dacht: ja lekker makkelijk praten met je feel good vibe en stabiele zenuwstelsel.

Maar ergens had hij wel gelijk.
Want blijkbaar is er dus nog een versie van mij te zien, zelfs als ik haar zelf even niet voel.
En dat is het rotste en het troostendste tegelijk: dat je je zó kunt vergissen in hoe je jezelf bekijkt.
Dat je jezelf met een rotfilter bekijkt, en denkt dat het de waarheid is.

Waarom ik dit deel

Niet omdat ik zielig ben. Niet omdat ik een therapie-blog wil beginnen (misschien gaat het dat uiteindelijk wel worden. Sorry not sorry!).
Maar omdat dit ertoe doet.
Omdat je niet de enige bent als je jezelf even niet meer terugziet.
En omdat ik weet hoe hard het kan schuren als je hoofd iets anders zegt dan je hart voelt.

Ik deel dit niet met iedereen.
Ik praat er ook niet met jan en alleman over.
Maar schrijven helpt.
Voor mij. En misschien ook voor jou.

 

Dus hier ben ik. Met asymmetrische ogen, zonder glimlach en een hoofd vol vragen. Maar ook met lef. Want dit opschrijven? Is voor mij een ''fuck you'' naar dat kritische stemmetje dat roept dat ik dit niet moet delen.